Vorm en betekenis

Uit Inf20
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Informatie is een combinatie van vorm en betekenis. De relatie tussen deze twee wordt niet afgedwongen door natuurwetten of andere regels, maar is een kwestie van afspraak. Deze afspraak is in zekere zin willekeurig. De relatie is niet een-eenduidig: eenzelfde betekenis kunnen we in meerdere vormen representeren, en eenzelfde vorm kan op verschillende manieren geïnterpreteerd worden.

We kennen dit uit de natuurlijke taal: de vormen in een taal - de woorden - hebben niet een eenduidige betekenis. En eenzelfde betekenis kunnen we met verschillende woorden uitdrukken. Nog duidelijker is dit als we met twee verschillende talen te maken hebben.

De stap van betekenis naar vorm noemen we representeren. De stap van vorm naar betekenis: interpreteren.

Bij het gebruik van computers moeten we hier preciezer in zijn. In het bijzonder moeten we de representatie-stap en de interpretatie-stap vaak expliciet beschrijven.

Vorm en betekenis in lagen (niveaus)

Vaak hebben we te maken met een reeks niveaus van vorm en betekenis: de betekenis op een bepaald niveau is de vorm voor een hoger niveau. We hebben dus te maken met vormen en betekenissen op verschillende niveaus.

Reversibel?

In het geval van computers hebben we bij voorkeur te maken met een reversibel proces: I(R(x)) = x . Als we een bepaalde betekenis x representeren als vorm, en deze vorm interpreteren we weer, dan willen we de oorspronkelijke x weer terugzien.

In de praktijk is dit niet altijd het geval: als we een Word-document afdrukken (vorm), en we scannen deze weer in, met bijvoorbeeld OCR, dan krijgen we toch het oorspronkelijke document niet terug: er gaat informatie verloren, zowel bij de representatie- als bij de interpretatie-stap.

Omschrijven van vormen; codering, decodering

We kunnen een vorm ook omzetten in een andere vorm, zonder dat er sprake is van een verandering in de betekenis.

Typering

Aan een reeks bits kun je niet zien wat dit voorstelt. Bits zijn universeel: het kan een stukje muziek zijn, een tekst, of een reeks machine-instructies. Als je deze reeks aanbiedt aan een printer, zal deze er print-symbolen van maken; als je deze aanbiedt als instructies aan een processor, dan zal deze proberen de bits als instructies uit te voeren. Als je deze aanbiedt aan een audio-uitgang, dan zal deze er geluid van proberen te maken.

Hoe kun je er voor zorgen dat bits alleen maar geïnterpreteerd worden volgens de goede interpretatie-functie?