DOT programmeren/werkwijze: verschil tussen versies
Regel 3: | Regel 3: | ||
== Wat is een DOT? Waarom een DOT? == | == Wat is een DOT? Waarom een DOT? == | ||
Bij de traditionele manier van (na)scholing staat de overdracht van kennis centraal. Dit gebeurt vaak door middel van presentaties, met in het beste geval enkele oefeningen. De | Bij de traditionele manier van (na)scholing staat de overdracht van kennis centraal. Dit gebeurt vaak door middel van presentaties, met in het beste geval enkele oefeningen. De deelnemers moeten dit zelf uitwerken in hun dagelijkse praktijk . Het blijkt dat deze laatste stap zo lastig is, dat deze er vaak bij inschiet, of maar heel beperkt gebeurt. | ||
Het idee van een DOT is om deze praktijk veel centraler te stellen: | Het idee van een DOT is om deze praktijk veel centraler te stellen: | ||
* docenten werken samen, onder deskundige begeleiding, aan de ontwikkeling van lesmateriaal voor eigen gebruik; | * docenten krijgen uitleg over de vakinhoud, en over de bijbehorende didactiek; | ||
* docenten werken samen, onder deskundige begeleiding, aan de ontwikkeling van lesmateriaal ''voor eigen gebruik''; | |||
== DOT programmeren == | == DOT programmeren == |
Versie van 15 okt 2015 07:24
Wat is een DOT? Waarom een DOT?
Bij de traditionele manier van (na)scholing staat de overdracht van kennis centraal. Dit gebeurt vaak door middel van presentaties, met in het beste geval enkele oefeningen. De deelnemers moeten dit zelf uitwerken in hun dagelijkse praktijk . Het blijkt dat deze laatste stap zo lastig is, dat deze er vaak bij inschiet, of maar heel beperkt gebeurt.
Het idee van een DOT is om deze praktijk veel centraler te stellen:
- docenten krijgen uitleg over de vakinhoud, en over de bijbehorende didactiek;
- docenten werken samen, onder deskundige begeleiding, aan de ontwikkeling van lesmateriaal voor eigen gebruik;
DOT programmeren
Het doel van deze DOT programmeren is om het programmeeronderwijs in het VO te verbeteren. Programmeren is een fundamenteel onderdeel van het keuzevak Informatica voor de bovenbouw. En de kerndoelen van de onderbouw worden opnieuw vastgesteld (2015/16): mogelijk vormt programmeren ook daarvan een onderdeel. Onder het motto "programmeren voor iedereen" wordt op allerlei plaatsen druk uitgeoefend op het onderwijs om programmeren aan te bieden: dat stelt hoge eisen aan de didactiek. In het programmeeronderwijs lijkt een verbeterstap mogelijk.
De nadruk ligt op de "eerste 100 uur programmeren". Dit is een globale aanduiding: we willen duidelijk verder gaan dan de eerste 10 uur, maar niet tot de eerste 1000 uur.
Continu verbeteren
We willen bij deze DOT een stapje verder gaan dan een normale DOT: het gebruik van het materiaal met leerlingen is het eindstadium van een stap, en de voorbereiding op de volgende stap. Aan de hand van het gebruik in de praktijk leren we wat werkt en wat niet werkt. Dit is het uitgangspunt voor een verbeterstap - waarna we het materiaal met andere leerlingen gebruiken. We werken met een "Plan-Do-Check-Act:-cyclus. Je kunt dit ook beschouwen als een vorm van de wetenschappelijke cyclus.
- Plan
- Do
- Check
- Act
Opmerkingen:
- ik probeer het begrip " in de klas" te vermijden, omdat ik denk dat de "klas" een overblijfsel is van een onderwijssysteem uit de 19e eeuw dat niet beslist het beste biedt voor het huidige onderwijs. Dit geldt zowel voor "de jaarklas", "het klaslokaal", als voor de groep leerlingen in het klaslokaal.
e-Learning
We beschouwen e-learning als een belangrijk hulpmiddel bij het leren programmeren. Omdat je bij het programmeren toch meestal een computer gebruikt, ligt het voor de hand om deze breder in te zetten dan alleen voor het uitvoeren van de programma's van de leerlingen.
Door het gebruik van e-learning hopen we het volgende te bereiken:
- leerlingen kunnen in hun eigen tempo werken.
- leerlingen kunnen op elk moment passende opdrachten krijgen
- passend wat niveau betreft
- passend wat interesse en profiel betreft ("de verschillen tussen de leerlingen zijn erg groot")
- leerlingen krijgen direct feedback over hun uitwerkingen
- leerlingen kunnen direct feedback geven op het materiaal
- docenten krijgen inzicht in de vorderingen van de leerlingen
- docenten krijgen feedback over hun onderwijs
- materiaal-ontwikkelaars krijgen feedback over hun materiaal.